Wat moet ik regelen als ik mijn appartement wil verhuren?

Als u uw appartement wilt verhuren zult u een aantal zaken moeten regelen. In een huurovereenkomst kunt u zelf de afspraken vastleggen tussen u als verhuurder en de huurder. Daarnaast heeft u als lid van de Vereniging van Eigenaren een aantal plichten.

U dient de huurder te informeren over de regels die gelden binnen de Vereniging. Ook bij kort verblijf in het complex dienen huurders zich te houden aan deze regels. De regels zijn vastgelegd in de Splitsingsakte (inzake de splitsing van het complex in appartementsrechten) en in het Huishoudelijk reglement. Beide documenten zijn te vinden op de website in het Documentenarchief.

U dient de huurder een verklaring te laten tekenen dat deze de bepalingen in de Splitsingsakte en het Huishoudelijk reglement zal naleven. Verder is het in geval van calamiteiten van belang dat de beheerder naam en contactgegevens van de huurder heeft. De contactgegevens en de getekende verklaring kunt u verstrekken aan de beheerder van de Vereniging: Fris Vastgoed Management vvebeheer@fris.nl en aan het bestuur bestuur@Geuzenhof2.nl.

Tot slot is het goed te weten dat zogenaamd short stay door de gemeentelijke toezichthouders aangemerkt kan worden als het verstrekken van overnachtingen op basis van logies. Hiermee valt dergelijk verhuur onder horeca-activiteiten en is vergunning nodig. Periodiek wordt hier door de gemeentelijke instanties intensief op gecontroleerd

Artikel 6 van het Huishoudelijk reglement:

1. Een eigenaar kan zijn privé gedeelte met inbegrip van de gemeenschappelijke gedeelten en/of de gemeenschappelijke zaken en rechten van een ander in gebruik geven, mits hij er zorg voor draagt dat die ander het gebruik slechts verkrijgt na ondertekening van en afgifte aan het bestuur van een in tweevoud opgemaakte en gedagtekende verklaring dat hij de bepalingen van het reglement en het eventuele huishoudelijk reglement, alsmede eventuele regels als bedoeld in artikel 5:128 van het Burgerlijk Wetboek, voor zover die op een gebruiker betrekking hebben, zal naleven.
2. Van de in het eerste lid bedoelde verklaring behoudt zowel de gebruiker als het bestuur een exemplaar.
3. De in het eerste lid bedoelde verklaring zal geacht worden ook betrekking te hebben op besluiten en bepalingen die eerst na die verklaring worden opgenomen, respectievelijk vastgesteld, tenzij een beroep op die besluiten en bepalingen jegens de gebruiker in strijd zou zijn met de redelijkheid en billijkheid.